Het vakantieseizoen is in volle gang en (bijna) iedereen gaat er wel voor korte of wat langere periode tussenuit. Maar hoe zorg je er nou voor dat je weer mentaal fit en uitgerust aan de slag kunt gaan? Ben Tiggelaar heeft er een mooi artikel over geschreven op basis van onderzoeken die hiernaar zijn gedaan.
De belangrijkste conclusies en adviezen:
Mentaal herstel
We weten meestal wel hoe we fysiek moeten ontspannen, maar we hebben vaak geen effectieve strategie voor mentaal herstel in de vrije tijd. Een van de eerste dingen die je moet doen, is zorgen dat vrije tijd ook echt vrije tijd is. Werken in de avonden, weekenden of op vakantie ondermijnt je mentale herstel. Verplichtingen in je vrije tijd zoals zorgen voor kinderen, klussen en huishoudelijk werk, vertragen het herstel. Behalve als je in die taken oprecht plezier hebt. En als je ze samendoet, met mensen van wie je houdt. Activiteiten in je vrije tijd zoals sport, hobby, sociaal contacten zijn beter voor je mentale herstel.
Afwachten werkt niet
Wat werkt als je optimaal mentaal wilt herstellen tijdens een vakantie? Het algemene advies is dat je vooraf goed nadenkt over waar je van oplaadt en regelt dat dit tijdens je vakantie ook daadwerkelijk gebeurt. Eenvoudigweg afwachten wat er gebeurt in je vrije tijd is meestal niet zo’n slimme strategie.
Uit onderzoek blijk dat het helpt het om actief te zijn in je vakantie. Liever lichaamsbeweging dan niksen. En liever samen met anderen dan alleen. Ook effectief: grote of kleine uitdagingen aangaan. Zoals het proberen van een nieuwe sport of het maken van een stevige bergwandeling. Als dingen die een beetje spannend zijn lukken, dan laden we daar geestelijk flink van op. Ook goed om te weten: één wekenlange vakantie per jaar is minder effectief voor je herstel dan meerdere vakanties van een week. Reden: of je vakantie nu één week of meerdere weken duurt, de positieve effecten op je mentale welbevinden houden zo’n twee tot drie weken aan als je weer terug bent.
Wie vaker een weekje gaat, oogst meer van zulke periodes.
Bron: NRC column Ben Tiggelaar