Ook mensen met autisme hebben behoefte aan sociaal contact

Nog altijd bestaan er volgens verschillende autisme-experts te veel vooroordelen als het om autisme gaat. Juist daarom is de Wereld Autisme Dag van komende vrijdag nog steeds van belang om meer begrip en erkenning te creëren. “Het is een misvatting dat iemand met autisme geen behoefte aan sociaal contact heeft”, zegt Wouter Staal, bijzonder hoogleraar Autismespectrumstoornissen aan de Universiteit Leiden.

“Mensen met autisme hebben over het algemeen meer moeite met informatie verwerken dan mensen zonder autisme.” Dat komt volgens Staal omdat zij moeite hebben met het filteren van informatie. “Als jij en ik zitten te praten, knikken we als vanzelf met elkaar mee, zelfs via een scherm. Voor iemand met autisme is dat veel lastiger. Hij of zij vindt het vaak moeilijk om gezichtsuitdrukkingen of lichaamstaal te lezen. Er is niet één diagnose te stellen met bepaalde symptomen waar iedereen met autisme aan voldoet, aldus Staal. “Het ene mens met autisme is niet het andere mens met autisme, zeg ik weleens. Soms zijn mensen gevoelig voor prikkels als licht, geur of geluid. Anderen hebben een fascinatie voor bepaalde dingen waar ze dan heel veel van weten. Het wetenschappelijke kenmerk leest dat het voor mensen met autisme lastig is om prikkels te verwerken. Hoe dat tot uiting komt, kan verschillen.” Annelies Spek, hoofd van het Autisme Expertisecentrum sluit zich daarbij aan. “Mensen met autisme hebben enerzijds moeite met sociaal contact, en vinden het lastig om vriendschap te sluiten en te onderhouden. Anderen hebben moeite met veranderingen of last van prikkels als geluid en licht.” De diagnose van autisme wordt volgens Spek pas echt gesteld als autistische kenmerken problemen geven in het dagelijks leven.

“Mensen met autisme vinden het lastig om vriendschap te sluiten en te onderhouden.”
Annelies Spek, hoofd van het Autisme Expertisecentrum

De coronacrisis als een zegen

Het afgelopen jaar werd gekenmerkt door een gebrek aan sociale contacten en een tekort aan prikkels. Hoewel dat voor mensen met autisme ook lastig kan zijn, ervaarde Jasper Wagteveld de crisis als een zegen. Wagteveld is nu 38 jaar en kreeg op zijn twaalfde de diagnose autisme. “Ik kan mijn werk blijven doen vanuit huis, dat vind ik prettiger dan op kantoor. Daar zat ik tijdens de lunchpauze vaak met twaalf vrouwen in één ruimte. Vaak was ik vermoeider na de pauze dan ervoor. Liever ga ik met twee of drie collega’s een stukje wandelen.”

“Een-op-een afspreken is voor mensen met autisme veel gemakkelijker.”
Wouter Staal, hoogleraar Autismespectrumstoornissen

Staal legt uit dat een-op-een afspreken in plaats van met een grote groep voor mensen met autisme veel gemakkelijker is. “Dan is er de mogelijkheid om gericht een onderwerp te bespreken. Zeker als het ook iemands interesse heeft, is dat beter.” Wagteveld vertelt dat mensen hem vaak anders behandelen als ze eenmaal weten dat hij autisme heeft. “Ze zeggen dan: dat kan jij niet, want… Of ze benadrukken heel erg hoe goed je iets gedaan hebt en steken daarbij ook vaak hun duim op. Dat vind ik jammer. Waarom behandelen ze mij niet gewoon zoals ze hun vrienden ook behandelen?”

Vooroordelen zitten onderzoek in de weg

Er leven nog steeds veel vooroordelen omtrent autisme. Het is daarom volgens Staal van belang nog steeds ieder jaar stil te staan bij autisme in de vorm van de Wereld Autisme Dag. “Ik kan me eraan storen dat er nog steeds sprake is van discriminatie, onbegrip en vooroordelen. Het wordt tijd dat die weggenomen worden.” Ook hekelt de hoogleraar het feit dat mensen met autisme vaak worden weggezet als mensen die geen behoefte hebben aan sociaal contact. “Niets is minder waar. Mensen met autisme zijn vaak bijzonder loyaal en betrouwbaar. Je moet er alleen iets meer tijd in stoppen om ze te leren kennen.” Ook Spek benadrukt het belang van deze dag. “Zeker zolang autisme vaak nog niet herkend wordt, is aandacht belangrijk. Daarnaast zijn er vooroordelen die volgens Spek goed en degelijk onderzoek in de weg zitten. “Soms wordt gedacht dat alle mensen met autisme moeite hebben met het maken van oogcontact. Bij vrouwen met autisme speelt dit echter minder. Dat is mede een reden dat autisme bij vrouwen vaak niet wordt herkend.”

“Er moet meer aandacht naar de diversiteit van mensen met autisme.”
Jasper Wagteveld, heeft zelf autisme

‘Het is als kijken naar een toneelstuk’

Er moet meer aandacht naar de diversiteit van mensen met autisme, vindt Wagteveld. “Ik zie vaak de extreme vormen, terwijl je zou kunnen zeggen dat de doorsnee van mensen met autisme hetzelfde is als die van de gemiddelde bevolking. De meeste mensen hebben gewoon een baan, een relatie en kinderen, en draaien zonder dat jij dat doorhebt mee in de samenleving.” Hij vertelt hoe frustrerend hij het vindt als hij in de kantine te overprikkeld raakt door zijn twaalf collega’s. “Het is als kijken naar een toneelstuk. Ik wil heel graag meedoen, maar het lukt me niet. Het herinnert me aan vroeger op het schoolplein, toen ik ook niet meekwam met mijn klasgenoten, waardoor ik weer besef dat ik anders ben.” Dat is voor Wagteveld niet altijd een leuke gedachte. Toch ziet hij dankzij de coronacrisis ook een lichtpuntje. “Voor de crisis was ik best wel dwangmatig in het iedere maand vier keer naar de bioscoop en vier keer naar het theater gaan. Toen dat in één klap wegviel, ben ik daar beter mee omgegaan dan ik in eerste instantie had gedacht. Als ik zo meteen weer mag, blijf ik lekker thuis.”

Bron: Nu.nl, 06-04-2021

Vragen? Laat u terug bellen

×